Slaap regressie bij baby's zorgwekkend

Slaap regressie onder baby's neemt zorgwekkend toe. Stel je voor: je baby kan plotseling niet in slaap vallen of heeft moeite om in slaap te blijven. In beginsel vervelend, maar het hoort erbij. Tenminste, dat denk je op dat moment. Je bent overweldigd en denkt: "Slaapt mijn baby nog goed?" Maak je geen zorgen, je baby zal graag terugkeren naar zijn slaapritme, maar het kan een paar weken duren.

Veel baby's en kinderen ervaren slaapregressie. Hoewel de beleving van elk kind anders is, zijn slaapregressies periodes waarin het slaapritme van je baby of kind door de ontwikkeling verstoord is. Vaak valt dit samen met belangrijke mijlpalen zoals leren omrollen, kruipen, zitten of lopen. De bekendste slaapregressie treedt op na 4 maanden, maar slaapregressie kan op elk moment optreden. Je baby zal verschillende slaapregressies ervaren, maar de ene baby zal er meer last van hebben dan de andere.

Je kunt verschillende tekenen van slaapregressie herkennen, zoals:

• Je baby wordt 's nachts vaker wakker.
• Je baby wordt 's ochtends heel vroeg wakker.
• Je baby heeft moeite met inslapen en/of doorslapen.
• Je baby slaapt overdag slecht of doet korte of lange dutjes.
• Je baby huilt veel.

Vermoed je dat je kind last heeft van slaapregressie? Probeer het normale slaapritme van je baby aan te houden. Je baby maakt elke dag nieuwe dingen mee en houdt van voorspelbaarheid. Je kunt je baby ook leren om zichzelf te kalmeren. Zelf verzachtend betekent dat de jonge telg zelf in slaap kan vallen en zonder hulp en bovendien in slaap kan blijven. Dit kun je doen door je baby slaperig te maken. Onthoud dat slaapregressie een fase is waarin de baby steeds weer nieuwe mijlpalen bereikt.

Ouders kunnen slaapregressie ook verwarren met een oververmoeide baby. Oververmoeidheid bij een baby ontstaat wanneer de jongeling erg moe is geworden gedurende de dag maar moeite heeft met inslapen. De beste manier om te voorkomen dat een baby oververmoeid raakt, is het herkennen van signalen zoals gapen, staren, oortrekken, oogwrijven en/of huilen. Een oververmoeide baby zal moeite hebben met inslapen en zal vaak huilen als je hem of haar neerlegt.

Hoe moeilijk het ook is, probeer niet elke keer je baby op te tillen voor troost. Hierdoor wordt je baby alerter en wordt je baby vermoeider. Zorg er ook voor dat je baby niet overprikkeld is voor het slapengaan. Baby's worden gestimuleerd door elke dag nieuwe dingen te ervaren. Deze prikkels worden in hun slaap verwerkt, dus het is belangrijk om rustig te blijven voordat je je baby naar bed brengt.